7e Actieprogramma Nitraat brengt nieuwe uitdagingen met zich mee

Volgens melkveehouder Frank Post in Nieuweroord zijn de verplichtingen vanuit het 7e Actieprogramma Nitraat een logische stap binnen de huidige transitie naar een duurzaam landbouwsyteem. “Op korte termijn kost het mij geld, tijd en extra inspanning’’, merkt hij op. Toch ziet hij voor de lange termijn de voordelen er zeker van in. ‘’We moeten terug naar een gezonde bodem, waarbij de bodembiologie leidend is en de toekomst van onze productie gaat bepalen.’’

Vragen 7e actieprogramma

Op de korte termijn heeft het 7e Actieprogramma zeker consequenties voor deze Koeien & Kansen-ondernemer. Het levert hem een waslijst aan vragen op: Hoe moet hij in de toekomst de verplichte teelt van een rustgewas inpassen binnen zijn bedrijf? Hoe kan hij het minimale areaal blijvend grasland realiseren. En wat betekenen de bufferstroken langs de watergangen voor de beschikbaarheid van mestplaatsingsruimte. Kwesties die om serieuze aanpassingen vragen binnen zijn bedrijfsvoering en hem nieuwe uitdagingen opleveren.

Voldoende voer telen

Voor Post is bijvoorbeeld belangrijk dat hij de gewenste hoeveelheid eiwit kan blijven telen. Door het telen van een verplicht rustgewas is maisteelt in continueteelt in de toekomst waarschijnlijk niet meer mogelijk. Met daarbij de regel dat meer dan 50% blijvend grasland moet zijn op bedrijfsniveau wordt continueteelt nog lastiger. Het ziet er dan naar uit dat grasland straks verplicht in de rotatie met mais plaats gaat vinden in de praktijk. Dit betekent dat Frank zijn bedrijfsvoering op dit punt moet aanpassen en op zoek gaat naar een nieuwe invulling. ‘’De komende tijd ga ik mijn focus meer leggen op de bodemchemie, waarbij ik er vanuit ga de bodem straks de bepalend factor is voor productie”.

De verplichte bufferstroken zorgen er voor dat er minder grond beschikbaar is voor het plaatsen van mest. Daarbij komt dat de gewasopbrengsten lager worden en de kosten van mestafzet zullen stijgen, omdat Post meer mest moet afzetten. Ook op dit punt gaat Post de komende tijd op zoek naar nieuwe mogelijkheden binnen de gestelde kaders.

Extra uitdaging in GLB

Naast de verplichtingen vanuit het 7e AP hebben we ook nog te maken met eén van de voorgestelde GLB-voorwaarden voor de basispremie. Deze houdt in dat op elk perceel bouwland elk jaar een ander gewas geteeld moet worden. Dit maakt het nog complexer in de praktijk.

Integraliteit regelgeving

Duidelijk is dat de eisen uit het 7e AP overeenkomsten zullen hebben met de voorwaarden van het GLB. Gelukkig, aangezien de verschillende eisen per regeling kunnen zorgen voor onbegrip en som moeilijk in te passen zijn in de praktijk.

Wat zijn de praktische consequenties:

Het aandeel blijvend grasland op bedrijfsniveau moet de komende jaren naar meer dan 50% van de oppervlakte beslaan. Met de overige 50% kun je dan rouleren met de snijmais, waarvoor geldt dat je één keer per 3 jaar een rustgewas teelt in vorm van gras of graan. Het is maar de vraag of je met gras binnen derogatie blijft, met max. 20% akkerbouw. Kies je als rustgewas voor graan, wat een ideaal vanggewas is, gaat dat niet lukken. Dit zou kunnen betekenen dat elke 2 jaar het tijdelijk grasland weer geploegd gaat worden.

Bij elke 1000 meter binnen-sloot is er een verlies van minimaal 0,4 ha plaatsingsruimte. Voor 100 meter buitensloot is dat minimaal 0,2 ha. De inschatting voor Post is dat hij ongeveer 2.00 ha mestplaatsingsruimte gaat verliezen. Dat is 180 kg P2O5 dat is 4 vrachtauto’s extra mestafvoeren en het verlies van bemestende waarde, naast de fosfaat, van 480 kg stikstof en ruim 700 kg kali.
Het lijkt er op dat de minister het 7de AP in de toekomst gaat koppelen aan het mestbeleid. Daarbij gaat mogelijk gelden dat een aanzienlijk deel van mest bijvoorbeeld 50 tot 70% afgezet dient te worden op het grasland waar het bedrijf over beschikt. Post produceert ongeveer 5750 kg P2O5 en heeft na aftrek van bufferstroken nog ongeveer 3900 kg plaatsingsruimte op eigen grasland. Dat is slechts 67% van de totale productie. Dan komen de grenzen de buurt, maar zijn nog steeds haalbaar voor deze ondernemer.

 

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Menno Kamminga mail. m.kamminga@ppp-agro.nl of tel. 06-53145707

Het originele bericht is te vinden op verantwoordeveehouderij.nl

20200529-_MG_6864

Meer weten?

Meer nieuws

Maak hier een keuze tussen alle nieuwsberichten op basis van thema
  • Maak hier een keuze tussen alle nieuwsberichten op basis van thema
  • Advies
  • Bedrijfsadvies
  • Coaching
  • Financieel advies
  • Geen categorie
  • Innovatie
  • Kennis
  • Nieuws
  • Praktijkbegeleiding
  • Procesbegeleiding
2024-03 Open dag 13 april 4-3

Open dag | 13 april bij melkveebedrijf De Jong in Vlist

Klimaatslim boeren op veen - website

Resultaten van 5 jaar klimaatslim boeren op veen

Bemest op z'n Best stikstof optimaal benutten

Stikstof optimaal benutten